Ervaar zorgeloos boekhouden en haal het maximale uit uw bedrijf.
5 juni 2015
Heeft men geld van fiscus te goed dan kan men, volgens de Leidraad Invordering, de ontvanger verzoeken om deze bedragen te verrekenen met een belastingschuld. Een inhoudingsplichtige die echter zijn afdracht loonheffing verrekent met een vordering op de fiscus kan zich hier niet op beroepen. Bedragen die op aangifte moeten worden afgedragen betreffen nog geen belastingschuld.
Een inhoudingsplichtige heeft aangifte loonheffingen gedaan over de tijdvakken april tot en met juni 2012. Echter alleen over dat laatste tijdvak (juni) wordt (een dag te laat) afgedragen. In een brief aan de inspecteur wordt meegedeeld dat de afdrachtschulden over april en mei 2012 zijn verrekend met een vordering op de inspecteur in verband met in een eerdere zaak waarbij de rechter een proceskostenvergoeding en een vergoeding voor griffierecht aan de inhoudingsplichtige had opgelegd. De inspecteur antwoordt met naheffingsaanslagen loonheffingen en een verzuimboete.
De inhoudingsplichtige is het hier niet mee eens en gaat in bezwaar en beroep. In deze zaak komt Hof Amsterdam tot het oordeel dat de afdrachtschulden moeten worden gekwalificeerd als bestuursrechtelijke geldschulden. Deze kwalificatie is echter niet mogelijk voor de vorderingen tot vergoeding van proceskosten en griffierechten. Verrekening van een bestuursrechtelijke geldschuld met een bestaande vordering kan volgens het hof alleen plaatsvinden voor zover bij wettelijk voorschrift is voorzien in de bevoegdheid daartoe.
Het hof oordeelt dat de geclaimde verrekening niet mogelijk was en dat pas in het kader van de invordering van de aan hen opgelegde naheffingsaanslagen (desgewenst) een verzoek tot verrekening kon worden gedaan op de voet van de Invorderingswet 1990. De verzuimboeten acht het hof daarom terecht opgelegd. Bron: Hof Amsterdam 16-04-2015