Ervaar zorgeloos boekhouden en haal het maximale uit uw bedrijf.
15 december 2014.
Vlak voor het Kerstreces is bij de Tweede Kamer het wetsvoorstel Wet aanpak schijnconstructies (WAS) ingediend. Een belangrijk onderdeel van het wetsvoorstel is dat niet alleen de werkgever, maar straks ook de opdrachtgever aansprakelijk kan worden gesteld voor het betalen van het cao-loon. Onderbetaalde werknemers moeten hiermee meer mogelijkheden krijgen om achterstallig loon te innen.
Minister Asscher kondigde dit wetsvoorstel al eind vorig jaar aan in een brief aan de Tweede Kamer en vlak voor het zomerreces 2014 werden de contouren van het wetsvoorstel bekend gemaakt, met de aankondiging dat het wetsvoorstel najaar 2014 zou worden ingediend. Op 12 december uiteindelik, na naar het schijnt veel discussie over het voorstel binnen de coalitie en na verwerking van de kritiek van de Raad van State, is het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer ingediend.
Minister Asscher plaatst het wetsvoorstel in het kader van de strijd tegen uitbuiting, verdringing en oneerlijke concurrentie op arbeidsvoorwaarden. De WAS moet constructies aanpakken die zijn opgezet om de regels en cao-afspraken te omzeilen. Bij deze zogenoemde schijnconstructies worden werknemers uit het buitenland goedkoop ingezet en worden Nederlandse werknemers vaak verdrongen. Een ander nadeel is dat werkgevers zo sociale premies ontwijken. Dergelijke constructies zijn ongewenst, maar waren tot nu toe nog niet altijd illegaal. Goedwillende ondernemers hebben daardoor te maken met oneerlijke concurrentie.
Behalve een uitbreiding van de ketenaansprakelijkheid voor loonbetaling, regelt het wetsvoorstel dat werkgevers het volledige minimumloon moeten betalen, zonder een deel als onkostenvergoeding of het inhouden van bedragen. Ook moet minimaal het minimumloonbedrag via een overschrijving worden betaald; cash uitbetalen kan niet. Ook worden er meer eisen aan de loonstrook gesteld om een en ander voor de Inspectie SZW en de werknemer beter inzichtbaar te maken. Verder zal de Inspectie SZW voortaan de namen van geïnspecteerde bedrijven bekendmaken en wordt de gegevensuitwisseling met werkgevers- en werknemersorganisaties verbeterd. Dit moet bijdragen aan een verbeterde naleving van de cao-afspraken.
De Raad van State heeft zich kritisch uitgelaten over het wetsvoorstel. Onder meer is gewezen op de beperkte onderbouwing van het probleem en de Raad twijfelt aan de effectiviteit van bijvoorbeeld de regeling voor ketenaansprakelijkheid. In het Nader rapport bij het wetsvoorstel erkent minister Asscher dat een exacte omvang van onderbetaling door schijnconstructies lastig te bepalen is, maar dat de ervaringen in de praktijk ( van de Inspectie SZW, werkgevers en werknemers) wel is dat misstanden door schijnconstructies zich in grote mate voordoen. Verder is naar aanleiding van het advies van de Raad van State in het wetsvoorstel concreter omschreven wat opdrachtgevers moeten doen om onderbetaling te voorkomen. Ook is het wetsvoorstel aangepast om werknemers voldoende mogelijkheden te bieden hun gelijk te halen. Een werknemer zal in eerste instantie de werkgever en diens opdrachtgever aansprakelijk moet stellen bij onderbetaling. Bij ernstige onderbetaling kan een werknemer na zes maanden de hoofdopdrachtgever aansprakelijk stellen. Bron: Min SZW 12-12-2014