Uw boekhouding laten doen?

Ervaar zorgeloos boekhouden en haal het maximale uit uw bedrijf.


Herbeoordeling reisaftrek 2011 en 2012

26 mei 2014.

Doordat de bewaartermijn van vervoersbedrijven voor overzichten van transacties met de OV-chipkaart is verkort, kunnen belastingplichtigen niet altijd meer aantonen dat zij met het openbaar vervoer hebben gereisd. De staatssecretaris keurt daarom goed dat de werknemer op andere wijze (‘vrije bewijsleer’) aannemelijk maakt dat hij met het OV heeft gereisd. Belastingplichtigen waarbij de reisaftrek over de jaren 2011 of 2012 is gecorrigeerd vanwege het niet meer kunnen downloaden van reisgegevens, kunnen de inspecteur om een herbeoordeling van hun aangifte vragen op grond van deze goedkeuring.

Voor een werknemer die met het openbaar vervoer reist zijn bij twee regelingen de plaats- of vervoerbewijzen van belang, namelijk voor de reisaftrek en voor de vergoeding van de werkelijke kosten onder de overgangsregeling. In een eerder stadium is al goedgekeurd dat door of vanwege het vervoerbedrijf gemaakte overzichten van transacties met de OV-chipkaart worden beschouwd als plaats- of vervoerbewijzen. In eerste instantie zouden de vervoersbedrijven deze overzichten twee jaar bewaren. Deze bewaartermijn is echter tussentijds beperkt tot een jaar en zes maanden. Door verkorting van de bewaartermijn heeft een aantal belastingplichtigen de door de inspecteur opgevraagde reisgegevens niet meer kunnen overleggen. Dat heeft geleid tot correctie van de reisaftrek. Dit gevolg acht de staatssecretaris ongewenst. Ook vindt hij het niet langer wenselijk om de eis te stellen dat de werknemer plaatsbewijzen kan overleggen. Als de werknemer op andere wijze (‘vrije bewijsleer’) aannemelijk maakt dat hij de reizen heeft gemaakt en – voor de reisaftrek – bovendien beschikt over een reisverklaring, vind de staatssecretaris dat voldoende bewijs.

Vooruitlopend op wijziging van de Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 keurt hij met toepassing van de hardheidsclausule daarom voor aanslagen inkomstenbelasting die betrekking hebben op de jaren 2011 en latere jaren goed dat belastingplichtigen die gevraagd worden het bewijs voor de reisaftrek te leveren, ook op een andere wijze dan met plaatsbewijzen of overzichten van transacties, met de ‘vrije bewijsleer’, kunnen voldoen aan het verzoek van de inspecteur. Hieraan worden de volgende voorwaarden gesteld:

de reiziger overlegt een reisverklaring van de werkgever waaruit blijkt welk reispatroon hij heeft gehad in het desbetreffende jaar; de reiziger maakt aannemelijk dat de reizen zijn gemaakt. Dit is bijvoorbeeld mogelijk met betalingsbewijzen voor de OV-chipkaart of de reisgegevens van TLS.

Deze goedkeuring geldt ook voor het onder de overgangsregeling in de loonheffingen te leveren bewijs van het reizen per openbaar vervoer. Belastingplichtigen waarbij de reisaftrek over de jaren 2011 of 2012 is gecorrigeerd vanwege het niet meer kunnen downloaden van reisgegevens kunnen de inspecteur om een herbeoordeling van hun aangifte vragen op grond van deze goedkeuring en uitsluitend voor zover het de reisaftrek betreft. Daarbij moeten zij alsnog voldoen aan de hiervoor vermelde voorwaarden die aan deze goedkeuring zijn verbonden.

Verzoeken om een herbeoordeling van de reisaftrek over 2011 en 2012 kunnen worden gedaan bij: Belastingen / Particulieren, dienstverlening en bezwaar, Belastingdienst, bezwaar team 02, Postbus 90056, 5600 PJ Eindhoven De overgang van bewijslevering aan de hand van plaatsbewijzen naar de ‘vrije bewijsleer’ zal bij de eerstvolgende gelegenheid worden uitgewerkt in de Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 en terugwerken tot en met 1 januari 2011. Bron: MvF 20-05-2014

Financieel Administratieve Dienstverlening Op Maat