Uw boekhouding laten doen?

Ervaar zorgeloos boekhouden en haal het maximale uit uw bedrijf.


Inspecteur heeft keuzevrijheid bij VAR

3 december 2012.

De Hoge Raad geeft in een arrest meer duidelijkheid over de formele aspecten van de Verklaring arbeidsrelatie (VAR). Een tandarts/dga had een aanvraag VAR-dga ingediend maar kreeg uiteindelijk een VAR-loon.

De vraag is of de inspecteur alleen een VAR-beschikking mag afgeven met de uitkomst die door de aanvrager is verzocht of ook een andere soort VAR. Hof Den Bosch oordeelde dat inspecteur geen andere VAR kan afgeven dan waarom gevraagd is. De Hoge Raad is echter een andere mening toegedaan en overweegt dat een verzoek tot het nemen van een VAR-beschikking in de zin van de Wet IB 2001 meebrengt dat de inspecteur op basis van de feiten en omstandigheden betreffende de door de belastingplichtige verrichte of te verrichten werkzaamheden, moet bepalen welke juridische kwalificatie aan de arbeidsrelatie moet worden toegekend.

Bij het nemen van een beschikking op een dergelijk verzoek is de inspecteur niet beperkt tot aanvaarding of afwijzing van de uitkomst die de aanvrager voorstaat. Het is dan ook mogelijk dat de inspecteur, als de aanvrager verzoekt om een VAR-dga, een beschikking afgeeft voor een VAR-winst, een VAR-loon, een VAR-row of andersom. Het gaat immers om een aantal – elkaar uitsluitende – mogelijkheden tot kwalificatie van eenzelfde feitencomplex.

Een andere opvatting zou er volgens de Hoge Raad toe leiden dat de procedure, die ertoe strekt belastingplichtigen en hun opdrachtgevers duidelijkheid te bieden over de kwalificatie van hun arbeidsrelatie, in gevallen als het onderhavige gecompliceerder en langduriger wordt. Dat zou in strijd zijn met het doel van de regeling over de verklaring inzake de arbeidsrelatie (het vooraf zekerheid verschaffen omtrent de kwalificatie van voordelen uit arbeidsrelaties). Omdat het hof met instemming van partijen heeft besloten om de zaak niet terug te verwijzen naar de inspecteur om alsnog op het verzoek te beslissen (omdat door het verstrijken van de tijd het belang inmiddels ontbrak) en geen van de partijen hiertegen in cassatie is gekomen laat de Hoge Raad de gevolgen van de uitspraak van het hof in stand. Bron: Hoge Raad 23-11-2012

Financieel Administratieve Dienstverlening Op Maat